Over haat

23 februari 2020

Ook al is de druk zo hoog,
De opruiende lat zo laag,
De zin die Buitenhof verboog,
De achilleshiel voelde de zaag,

De premisse, echter, bleef staan,
Als een huis tijdens vier voortrazende stormen,
Die ons land onthutsen, als één doorlopende kraan,
Premissen als omvormende wormen.

Die eindeloos krioelen,
In smerige gangen,
Met deze politiek zal alles verkoelen,
Zal deze retoriek ook normale mensen vangen?

Zoals ik, De Gewone Man,

Die lief en hard kan zijn,
Zodra het kan,
Die verder dan grenzen kijkt,
Zijn bubbel verlaat als het nodig is,
Zonder hoogmoed, zonder schijn.
Die niemand en niks ontwijkt,
Hoop dat het tot een rust komt,
Dat haat uitgaat met stomende sis!

Leave a Reply

Je e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *

Related Post

EricEric

De jongen die nooit man is geworden Toen ik op jonge leeftijd net voor zijn graf zat, Verslagen door mijzelf,De wereld en anderen vergat,Mijn verstand diep verstopt in innerschelf.Druppelden mijn

Nooit alleenNooit alleen

Sonnet: Nooit alleen Ooit, zat ik er een paar maanden mee,In mijn maag en in mijn hoofd,Van tijd en zekerheid beroofd,Oh mijn God, ik ben Gay! Zal ik het vertellen,Of